Sleutelhanger
Dit is een heel eenvoudige sleutelhanger. De knoop die gebruikt is kan in het begin een beetje verwarring opleveren maar zodra je die onder de knie is kan iedereen deze hanger maken. Hij wordt ook vaak als ritstrekker gebruikt.
Vanwege de noodzaak om de draad te smelten kunnen kinderen deze hanger niet zonder begeleiding maken.

Neem een draad van ongeveer 70 cm. Het moet een draad zijn die smelt als je hem in een vlam houdt. Als je geen gekleurde draad kunt vinden kun je altijd nog het witte draad vinden dat sommige warenhuizen en alle bouwmarkten verkopen. Vouw die zoals in het plaatje. De lengte van de speld tot aan de onderkant van de lus is de lengte die de hanger uiteindelijk krijgt, inclusief lus. Ik heb deze 6 cm gemaakt.

Als je kunt speld je de draad op je tafel vast. Kan dat niet maar is er wel iemand om je te helpen laat dan de helper de draad vasthouden op de plaats van de spelden. Heb je geen helper probeer dan een veiligheids speld door je lange broek net boven je knie, door de draad op de plaats van de spelden en weer door je broek.
Maak weitas knopen met de losse draden om de draden van de lus. Als je niet weet hoe je die maakt, klik dan op het plaatje van de weitasknoop hieronder.

Ga verder tot je draden bijna op zijn of tot je lusje nog precies groot genoeg is. Trek de knopen steeds strak aan. Als je aan het einde van je rijtje bent kun je de hele rij nog even aantrekken. Je houdt hiervoor de lus vast en de laatste knoop en je trekt de lus als het ware uit de knoop. Soms komt er een heleboel meer lus. Soms wil je dat niet. Trek dan iets minder hard.

Als je klaar bent met knopen knip dan het restje draad kort en smelt het vast in de laatste knoop. Probeer eerst met een restje draad hoe snel het draad smelt. Als het draad nog zacht is kun je het het beste plat duwen met een glad metalen voorwerp zoals een lepel. Ook dit kun je beter even oefenen voordat je de sleutelhanger waar iemand anders aan gewerkt heeft onder handen neemt.
Hoe kort je de draad eerst moet knippen moet je ook uitproberen. Hoe korter de draad, hoe mooier het lasje maar ook hoe makkelijker hij los laat. Het is ook niet de bedoeling dat de draad brand, hij wordt dan wel goed heet maar ook korter. Als er een vlammetje ontstaat is het tijd om de lepel te gebruiken.
Ik denk dat de draad afknippen op ongeveer 0,5 cm een mooie afstand is voor de eerste poging.

In de foto hierboven zie je ook nog twee variaties. Voor beide heb ik twee verschillende kleuren draad gebruikt. Daarvoor heb ik de draden weer in een vlammetje gesmolten en dan tegen elkaar geduwd. Deze las is niet sterk. Je kunt dan ook het beste er voor zorgen dat hij tussen de knopen terecht komt, dicht bij het begin van het knoopwerk. Als je een las in de draad maakt zorg er dan voor dat de knopen goed aangetrokken worden en trek niet al te hard aan de lus.

Voor de ene variatie heb ik niets anders gedaan dan twee kleuren draad gebruiken.
De andere variatie is zelfs nog eenvoudiger te maken. Ik heb weer twee kleuren draad gebruikt maar daarnaast heb ik de draaiende weitas knoop gebruikt. Hierbij knoop je telkens weer van een kant. Klik hieronder op het plaatje van de halve weitasknoop of die de andere kant uit en je ziet hoe je het moet doen.

 
 
Gebruikte knopen
Hoe maak je...? Hoe maak je...? Hoe maak je...?
weitasknoop halve weitasknoop de andere kant uit
 
Terug naar start. Een stapje terug.
©Willeke 2003